George Carter, een revolutionair in Zuid-Amerika, is precies de dubbelganger van Frederick Marston, een beroemde kunstenaar in Parijs. Carter wordt verraden door een kameraad en wordt veroordeeld tot de dood. Hij waagt een wanhopige gok en ontsnapt aan boord van een schip met bestemming Londen. In Parijs wordt Marston neergestoken door een model omdat hij haar liefde niet beantwoordt. De wond maakt hem onbekwaam om te schilderen en laat een lelijk litteken achter, en hij gaat op vakantie naar Amerika. Highwaymen vallen hem aan en veroorzaken verwondingen die totaal geheugenverlies veroorzaken. De overvallers laten niets anders in zijn zakken achter dan de sleutel van zijn Parijse atelier, en Marston neemt de naam Robert Anglo-Saxon aan.